Huiderstad tijdreis 1955 - 1994
Op deze pagina neemt Ernst Huider u mee op een reis door de tijd op zijn modelbaan Huiderstad. Tijdens onze maandelijkse open dagen is Huiderstad voor iedereen gratis te bewonderen op de bovenverdieping van onze winkel. De inzet van treinen en landschappen is zó ontwikkeld, dat er verschillende tijdsbeelden mogelijk zijn tussen 1955 en 1994, zowel voor het Duitse als het Nederlandse deel. Ernst heeft binnen deze periode zes interessante tijdsbeelden uitgekozen, waarop hij de materieelinzet op zijn modelbaan aanpast. Tijdens elk tijdsbeeld rijden uitsluitend treinen die qua type, kleurstelling en kenmerkende details goed kloppend zijn. Voor de zes tijdsbeelden worden daarom zo'n honderdvijftig verschillende treinen ingezet, die alleen tevoorschijn komen op het juiste moment. De overgang van het ene naar het andere tijdsbeeld verloopt vloeiend, zonder onderbreking van de `voorstelling`.
De open dagen van 2025 (tot de zomerstop) zijn als volgt ingedeeld:
Tweede zaterdag van oneven maanden:
09:30 - 12:00 > Tijdsbeeld rond 1956 > NIEUW vanaf januari!
12:00 - 14:30 > Tijdsbeeld rond 1962 > NIEUW vanaf januari!
14:30 - 17:00 > Tijdsbeeld rond 1968 > VERNIEUWD vanaf januari
Het betreft deze data: 11 jan, 8 mrt, 10 mei.
Tweede zaterdag van even maanden:
09:30 - 12:00 > Tijdsbeeld rond 1976
12:00 - 14:30 > Tijdsbeeld rond 1985
14:30 - 17:00 > Tijdsbeeld rond 1993
Het betreft deze data: 8 feb, 12 apr, 14 jun.
Zowel in Duitsland als Nederland waren de veranderingen van materieelsoorten en kleurstellingen erg groot tussen 1955 en 1994, wat door het wisselen van materieel gedurende zo'n 'dagvoorstelling' resulteert in een zeer realistische weergave van die boeiende en veelzijdige spoorwegperiode. Hieronder volgt een beschrijving van elk van deze zes tijdsbeelden, volledig gerelateerd aan de werkelijke historie. Eerst betreffende het grote West-Duitse baandeel Huiderstadt en daarna het Nederlandse deel op het lagere nivo.
.
.
Duitsland rond 1956 In Huiderstadt Hauptbahnhof hangt een geur van brandend steenkool en olie. Rook en stoom stijgen op vanuit alle hoeken van het stationsgebied, zover je kunt zien. Het is een komen en gaan van personen- en goederentreinen, waarbij vrijwel alles gereden wordt met stoomtractie. Stoomlocs van vele tientallen verschillende bouwseries zijn in dienst, zoals 01, 03 en 18 voor sneltreinen, 24, 38 en 62 voor personentreinen en 44, 50 en 55 voor goederen. Slechts een enkele dieselloc verstoort het stoomgeweld. E-locs zijn nog niet te zien, hoewel dat niet lang meer zal duren, omdat de aanleg van bovenleiding intussen in volle gang is.
Onlangs heeft de Bundesbahn een nieuw logo geïntroduceerd, dat intussen op een deel van de locs en rijtuigen aangebracht is. Ook het gebruik van een derde frontsein op locs is sinds kort ingevoerd, maar omdat de montage daarvan enkele jaren in beslag neemt, zijn nog diverse locs zonder derde frontlamp aan te treffen. In 1956 wordt de 3e klasse in Europa afgeschaft, waardoor nu voor het laatst 3e klasse rijtuigen aan te treffen zijn. De kleur van vrijwel alle rijtuigen is donkergroen en standaard goederenmaterieel is bruin van kleur.
.
.
Duitsland rond 1962 De dubbelsporige hoofdspoorlijnen en emplacementen in en rond Huiderstadt zijn intussen geëlektrificeerd, maar omdat in een groot deel van Duitsland nog gewerkt wordt aan bovenleiding, wordt elektrische tractie rond Huiderstadt vooralsnog vrijwel alleen ingezet voor stoptreinen en goederentreinen op korte routes. E-locs van vooroorlogse series als E32, E44 en E91 zijn nu aan te treffen voor personen- en goederentreinen en de nieuwe dieselloc V200 voor de luxueuze Rheinpfeil-trein. Stoomlocs zijn nog heer en meester en worden nog voor vrijwel alle soorten treindiensten op de hoofd- en zijlijnen ingezet. Zelfs splinternieuwe stoomlocs van de series 10 en 65 zijn nu aan te treffen in Huiderstadt.
De kleurstelling van treinen is nauwelijks veranderd, alleen de nieuwe Rheinpfeil draagt de fraaie kleurcombinatie donkerblauw met beige. Rijtuigen van vooroorlogse bouwseriers zijn nog onontbeerlijk, evenals de bekende 3- en 4-assige "Umbauwagen". Deze rijtuigsoorten zijn vrijwel allemaal groen van kleur. Ze worden afgewisseld door moderne sneltreinrijtuigen in de kleuren groen of blauw. Het goederenmaterieel is overwegend bruin van kleur, zodat vuil en roest minder opvalt. Particuliere wagens zijn meestal wel afwijkend van kleur.
.
.
Duitsland rond 1968 Op dit moment wordt in Duitsland het zogenaamde computernummer ingevoerd. Zo krijgen stoomlocs een '0' voor het oorspronkelijke nummer en een controlecijfer op het einde. E-locs krijgen er een '1' voor en diesellocs een '2'. Ook personenrijtuigen en goederenwagens krijgen nieuwe nummers, maar omdat de fysieke omnummering enkele jaren in beslag neemt, is wel- en niet-omgenummerd materieel nu beide aan te treffen.
De elektrificatie van dubbelsporige hoofdspoorlijnen is nu in vrijwel heel West-Duitsland voltooid. Vrijwel alle personentreinen op de dubbelsporige hoofdspoorlijnen in en rond Huiderstadt worden daarom nu gereden met e-locs van de series 103, 110 en 141. Voor goederentreinen wordt nog steeds voornamelijk stoomtractie gebruikt. Ook op de niet-geëlektrificeerde spoorlijnen rond Huiderstadt worden nog steeds stoomlocs ingezet voor zowel reizigers- als goederentreinen, hoewel ze meer en meer worden verdrongen door dieselmaterieel. Het dieselmaterieel bestaat voornamelijk uit de nieuwe diesellocseries 212 en 216 en railbussen.
Vrijwel alle diesellocs en dieseltreinen zijn purperrood van kleur en de fraaie Rheinpfeil wordt nu ook getrokken door een e-loc in de fraaie kleurcombinatie donkerblauw / beige. TEE- en nieuw (eersteklas) intercitymaterieel is purperrood met beige van kleur. De relatief nieuwe "Zilverlingen" zorgen voor verdere kleurafwisseling bij reizigerstreinen.
.
.
Duitsland rond 1976 Stoomlocomotieven worden nu planmatig alleen nog ingezet voor enkele goederendiensten. Hiervoor worden goederenlocs uit de overgebleven series 042, 043/044 en 050-053 gebruikt. Stoomlocs voor personentreinen zijn intussen geheel "uitgerangeerd". Het locdepot van Huiderstadt is onlangs "ontstoomd" en omgebouwd tot dieselloc-depot. Vrijwel alle voorzieningen voor stoomlocs zijn verwijderd, waaronder de bekolingsinstallatie, asput en vrijwel alle waterkranen. Dieselopslag en tappunten zijn ervoor in de plaats gekomen. Voor stoomlocs van andere depots is nog slechts één waterkraan beschikbaar om de dorst te lessen. Ook op zijlijnen vanuit Huiderstadt worden alle personentreinen nu met dieselmaterieel gereden, waaronder de welbekende railbussen en gloednieuwe treinstellen van de serie 614/914. Diesellocs uit de series 211-212 en 216-218 hebben de taken overgenomen van de laatste personentrein-stoomlocs en van een groot deel van de goederentrein-stoomlocs.
Het aanbrengen van computernummers wat in 1968 startte, is intussen geheel voltooid. Alle locs, rijtuigen en wagens zijn hiervan nu voorzien.
Qua kleur van het materieel is in korte tijd veel veranderd: In 1970 is een experimentele kleurstelling voor reizigerstreinen geïntroduceerd, de zogenaamde 'pop-kleuren'. Enkele tientallen personenrijtuigen rijden sinds die tijd in bonte kleuren als oranje en kobaltblauw met lichtgrijs. Uiteraard zijn ze ook in Huiderstadt aan te treffen. De Deutsche Bundesbahn heeft echter in 1974 de definitieve huisstijl voor locs en reizigersmaterieel ingevoerd: De kleurcombinatie oceaanblauw met beige. Intussen is een klein deel van het materieel in deze nieuwe kleuren geschilderd, echter materieel dat binnen enkele jaren uit dienst gaat komt voor zo'n schilderbeurt niet meer in aanmerking zoals stoomlocs en vooroorlogse rijtuigen. Eersteklas intercityrijtuigen blijven zoals voorheen voorzien van de bekende TEE-kleurstelling purperrood met beige. Omdat de daadwerkelijke voltooiing van de nieuwe kleurstelling vele jaren zal duren, ziet het materieel er nu erg kleurrijk uit. Het contrast tussen modern of omgeschilderd materieel en de overgebleven stoomlocs is nu bijzonder groot.
.
.
Duitsland rond 1985 De laatste stoomlocs zijn sinds oktober 1977 in heel West-Duitsland verdwenen en in de aansluitende periode zelfs verboden op het Bundesbahn-railnet. Sinds het 150-jarig bestaan van de Duitse spoorwegen in 1985 zijn museumstoomtreinen gelukkig weer toegestaan en uiteraard heel af en toe ook aan te treffen in Huiderstadt.
Vooroorlogse e-locs en rijtuigen zijn intussen ook afgedankt en de uitrol van de kleurstelling oceaanblauw / beige is nu op het overgrote deel van het reizigersmaterieel aangebracht. Het omschilderen van diesel- en e-locs gaat veel trager, waardoor veel locs nog purperrood, blauw of groen van kleur zijn.
.
.
Duitsland rond 1993 Terwijl invoering van de kleurstelling oceaanblauw / beige is nog niet geheel was voltooid, introduceerde de Deutsche Bundesbahn (DB) eind jaren '80 wederom een nieuwe huisstijl: Locs oriëntrood, IC-rijtuigen rood met lichtgrijs, interregiorijtuigen blauw met lichtgrijs en regiotreinen mintgroen met lichtgrijs. Alleen S-bahn-treinen blijven oranje met lichtgrijs. De nieuwste sneltreinlocs van de serie 120 kregen direct deze nieuwe kleur bij aflevering en het omschilderen van bestaande locs, rijtuigen en treinstellen wordt voortvarend aangepakt. Uiterst bonte treinsamenstellingen van maarliefst drie verschillende huisstijlen komen nu voor: Purpurrood, groen en blauw van de jaren '50, oceaanblauw met beige van de jaren '70 en de huidige kleurstelling. Nieuwe dubbeldekkers en ICE-treinstellen benadrukken het contrast met de klassieke seintechniek in Huiderstadt Hauptbahnhof. Toch wordt deze oude seintechniek in heel Duitsland nog op veel plaatsen gebruikt.
Huiderstadt is een middelgrote stad in het Ruhrgebied, dat net te klein is om een officiële halteplaats voor ICE-treinen te zijn. Deze rijdt daarom met 80 km/u Huiderstadt Hbf voorbij, conform de hier maximaal toegestane snelheid. Nieuwe (mintgroene) dieseltreinstellen van de serie 628/928 verdringen de vertrouwde railbussen, wat ook voor diensten op zijlijnen een duidelijk moderner beeld oplevert.
Het locdepot van Huiderstadt wordt nog steeds gebruikt voor onderhoud en stalling van diesellocs, hoewel sluiting ervan dreigt. Plaatselijke treinliefhebbers maken al plannen om er een spoorwegmuseum in te huisvesten.
In 1994 wordt de DB geprivatiseerd en een nieuw Deutsche Bahn-logo zal gaan verschijnen op alle Duitse treinen. Hiermee eindigt de Bundesbahn en de mooiste periode uit de Duitse spoorweggeschiedenis, dus ook die van Huiderstadt.
.
.
Nederland rond 1956 Vrijwel alle hoofdspoorlijnen zijn de laatste jaren geëlektrificeerd en dieselmaterieel voor niet-geëlektrificeerde lijnen en goederendiensten worden of zijn onlangs in dienst gesteld. Hierdoor zijn stoomlocomotieven al bijna niet meer nodig. Slechts enkele tientallen machines, waaronder een aantal van de serie 3700, worden nog ingezet voor stop- en goederendiensten.
De afgelopen paar jaar zijn vele e-locs van de series 1100, 1200 en 1300 in dienst gesteld. Zij kregen vrijwel allemaal een turquoise verflaag, net als de nieuwe rijtuigen van het type Plan D. De meeste andere locs en reizigerstreinen, waaronder de bekende Blokkendozen en Muizekoppen, hadden donkergroen als kleur. In 1954 werd turquoise toch afgedaan, omdat dit te snel vuil werd. Berlijnsblauw wordt daarom de nieuwe kleur voor e-locs en rijtuigen. Het omschilderen gebeurt tijdens een revisiebeurt, dus het zal nog een aantal jaren duren voor turquoise helemaal verdwenen zal zijn. De nieuwste dieseltreinstellen en motorrijtuigen worden "Blauwe Engelen" genoemd, vanwege hun lichtblauwe kleur en gevleugeld wiel op de fronten. De meeste nieuwe diesellocs zijn bruin en de rangeerlocs groen. Bruin is ook de nieuwe kleur voor goederenmatereel, wat tot voor kort donkergrijs was. Ook het omschilderen hiervan zal jaren duren, dus donkergrijs en bruin is voorlopig beiden aan te treffen.
1956 is ook het jaar, dat de meeste landen in Europa de 3e klasse afschaft. NS maakt meteen gebruik van deze gelegenheid om de laatste series houten rijtuigen uit dienst te nemen. Die zijn oud en erg kwetsbaar bij botsingen, dus hoeven door buiten dienst te stellen ook niet meer te worden verbouwd tot tweedeklas. Ze worden afgelost door de nieuwe (blauwe) Plan E-rijtuigen.
.
.
Nederland rond 1962 De Nederlandse Spoorwegen hebben intussen definitief afscheid genomen van stoomtractie. In de verste verte is er dus geen NS-stoomloc meer te vinden. Alleen op stations nabij de West-Duitse grens zijn nog dagelijks DB-stoomlocs aan te treffen. In de rest van Nederland worden de meeste sneltreinen gereden met groene Hondekoptreinstellen of blauwe rijtuigen met blauwe e-locs van de serie 1100 of 1200 ervoor. Stoptreinen bestaan veelal uit groene Muizekop-treinstellen of door diesellocs getrokken oude groene of blauwe rijtuigen. Nieuwe dieseltreinstellen van het type Plan U zijn sinds 1960 in dienst gesteld. Deze hebben de kleur rood gekregen, wat sindsdien de standaard kleur is voor alle dieselstellen.
.
.
Nederland rond 1968 NS heeft onlangs een nieuwe huisstijl met logo geintroduceerd: Het logo (een soort vishaak) wordt momenteel in sneltreinvaart aangebracht op alle locs en reizigersmaterieel. Alle locs en treinstellen zullen op termijn een opvallend geel met grijze kleur gaan krijgen. Reizigersmaterieel wordt bovendien voorzien van schuine, blauwe banen waarop reclame kan worden aangebracht. De nieuwste, bij Werkspoor in Utrecht gebouwde Plan V-treinstellen, zijn al direct in deze nieuwe kleurstelling afgeleverd. Rijtuigen worden vooralsnog niet omgeschilderd, omdat daarvan de planning is dat ze binnen enkele jaren toch vervangen gaan worden door een nieuw type. De intussen wat oudere dieseltreinstellen "Blauwe Engelen" zijn onlangs allemaal rood geschilderd, dus mogen die kleur voorlopig ook behouden.
.
.
Nederland rond 1976 De gele kleur van de in 1968 ingevoerde huisstijl heeft nu de overhand gekregen. Verreweg de meeste treinstellen zijn nu geel, behalve de Muizekoppen (groen) en meeste oude diesels (DE1/DE2, rood). Het omschilderen van e-locs gaat vrij traag, maar omdat ook vrijwel alle rijtuigen nog steeds blauw zijn, misstaat dat niet. Een deel van de Hondekoppen wordt voorzien van luxere stoelen en krijgt aan de buitenzijde de kleuren van het recentelijk ingevoerde Intercity-treintype: Geel met blauwe band langs de ramen. Hondekoppen hebben bovendien een extra frontlicht midden op de neus gekregen (A-sein), wat bij modernere treinstellen standaard al aanwezig was. De meeste locs hebben dit nog niet en blijven daarom nog het 'omgekeerde L-sein' aan de voorzijde tonen. Nog een kleine wijziging: De meeste diesellocs worden voorzien van een blauwkleurig zwaailicht om in haven- en industriegebieden beter op te vallen voor het wegverkeer.
.
.
Nederland rond 1985 Nieuwe rijtuigen van het type ICR hebben intussen een groot deel van de blauwe rijtuigen vervangen, waardoor getrokken treinen op langere diensten nu ook de moderne uitstraling en Intercity-kleurstelling hebben. De blauwe rijtuigen (Plan E) zijn nu alleen nog te vinden in secundaire diensten. Vrijwel alle locs zijn intussen 'vergeeld', al rijdt een enkeling nog in de oude kleuren rond. De laatste (ongerenoveerde) dieseltreinstellen die rood gebleven zijn, rijden hun laatste diensten, samen met de intussen wel vergeelde dieselstellen. Locs van de serie 1100 hebben een voorzetneus aangemeten gekregen, ter bescherming van machinisten bij botsingen, en locs van de series 1200 en 1300 zijn door grondige renovaties ook uiterlijk gewijzigd. De oudste e-locs (de serie 1000) zijn onlangs afgevoerd en alle e-locs zijn van een A-frontsein (middenlamp) voorzien. Door de instroom van Koplopers en Sprinters konden de laatste Muizekoppen onlangs richting sloper. De modernisering van het reizigersmaterieel krijgt hierdoor duidelijk vorm.
De eerste generatie dubbeldekkers met locs uit de serie 1600 trekken veel bekijks, ondanks het matige comfort wegens weinig beenruimte. Het mag de pret niet drukken. Koplopers met tijdelijke totaal-reclame van KLM en Martinair zijn geliefde verschijningen vanwege de afwijkende kleuren. Er rijden nu immers vrijwel alleen nog gele locs en reizigerstreinen bij NS. Bij diesellocs worden de blauwkleurige zwaailichten momenteel vervangen door rode, om verwarring ten opzichte van hulpdiensten te voorkomen.
.
.
Nederland rond 1993 Met de komst van meer Koplopers en dubbeldekkers worden de laatste Hondekoppen gedegradeerd tot het rijden van stoptreindiensten of afgevoerd naar de sloper. Door de instroom van diesellocs uit de serie 6400 wordt de serie 2400 volledig vrijgespeeld en verkocht aan de Franse Spoorwegen. Die hebben nog wel werk voor deze oude goederenlocs. Nog slechts één NS-loc rijdt in de oude kleurstelling van voor 1968: De bruine dieselloc 2275, die daardoor onder hobbyisten een geliefd foto-object is.
De laatste (blauwe) plan E-rijtuigen zijn afgevoerd en vrijwel alle getrokken Intercity-treinen bestaan nu uit ICR-materieel, aangevuld met Plan W-rijtuigen en een handjevol gehuurde rijtuigen van onze zuiderburen. De uitrol van de NS-huisstijl die in 1968 werd geintroduceerd, is nu werkelijk voltooid.
In 1994 wordt NS geprivatiseerd en dus verkocht aan investeerders. Vanaf dat moment staat de reiziger niet meer centraal maar het verdienmodel. Hiermee eindigt de mooiste periode uit de spoorweggeschiedenis, dus ook die van Huiderstad. Gelukkig kunnen we in model de tijd stilzetten en hiervan eindeloos nagenieten :)